Wij geloven dat elk verhaal uniek is en een eigen stem verdient. Onze toewijding is om deze verhalen met de grootste zorg en integriteit vast te leggen, zodat ze bewaard blijven voor toekomstige generaties.
We bieden een platform voor het delen van persoonlijke getuigenissen die een diepgaand inzicht geven in het verleden. Onze aanpak is gericht op het creëren van een veilige en respectvolle omgeving waarin mensen hun ervaringen kunnen delen en de impact ervan op anderen kunnen vergroten.
Verhalen die blijven.
Hendrik Willem Gaertman , staat in schaaktermen gepend en kan geen kant meer op tussen het Mahnmal en het Arbeitserziehungslager "Augustaschacht" te Ohrbeck. Duitsers spreken over het Mahnmal U wordt als het ware gemaand, gewaarschuwd ! Let op ! Dit monument is ontworpen door de Duitse kunstenaar Volker Trieb. Deze foto is gemaakt door mijn overleden voetbalmaatje Reyer van Kralingen , die veel interesse toonde in alles wat met de Tweede Wereldoorlog te maken had. Hij was in die dagen mijn steun en toeverlaat.
Geschichten, die bleiben
Hendrik Willem Gaertman steht in Schachbegriffen festgefahren und kann sich zwischen dem Mahnmal und dem Arbeitserziehungslager „Augustaschacht” in Ohrbeck nicht mehr bewegen. Die Deutschen sprechen vom Mahnmal. Man wird sozusagen ermahnt, gewarnt! Achtung! Dieses Denkmal wurde vom deutschen Künstler Volker Trieb entworfen. Dieses Foto wurde von meinem verstorbenen Fußballkumpel Reyer van Kralingen aufgenommen, der sich sehr für alles interessierte, was mit dem Zweiten Weltkrieg zu tun hatte. Er war damals meine Stütze und mein Halt.
Hier, im Herzen des Mahnmals,hoch und still, Säulen aus rostendem Cortenstahl.
Manche tragen Namen. Namen, die einst ausgelöscht werden sollten. Namen, die jetzt zurückgekehrt sind.
Sie erzählen , ohne Stimme , von der Unmenschlichkeit eines Systems, das den Menschen zur Nummer machte.
Sie tragen die Narben der Vergangenheit : Der Stahl rostet, doch er vergeht nicht, wie die Erinnerung an das Unrecht.
Und sie geben zurück, was geraubt wurde : die Würde , den Namen , das Licht der Gegenwart
Hier, in het hart van het monument, staan ze hoog en stil, zuilen van roestend cortenstaal.
Sommige dragen namen. Namen die ooit moesten worden uitgewist. Namen die zijn teruggekeerd.
Ze vertellen , zonder stem , van de onmenselijkheid van een systeem dat de mens tot nummer maakte.
Ze dragen de littekens van het verleden: Het staal roest, maar het vergaat niet, zoals de herinnering aan het onrecht.
En zij geven terug wat werd geroofd : de waardigheid, de naam , het licht van het heden.
Gedicht Marinus van den Berg, priester, verpleeghuispastor, spreker op lezingen en symposiums over thema's als afscheid , rouw en verlies en zorg alsmede schrijver van vele boeken heeft voor Hendrik Willem Gaertman het volgende gedicht geschreven aan de hand van verschillende ontmoetigen die vanuit het NHOW hotel in 1975 zijn ontstaan.
Mijn oudere zus Henny Wonink - Gaertman bij het Mahnmal tegenover het Arbeitserziehungslager "Augustaschacht "te Ohrbeck
Kruisbeeld en Häftlingmarke KW 1312 ter nagedachtenis aan mijn vader.
In dit zwart zijden hoesje bewaarde mijn moeder de Häftlingmarke van mijn vader
die zij na de oorlog had ontvangen van zijn Razzia-maatje : Willem Mathijs Osthoff
KW staat voor Klöckner Werke in Georgmarienhütte.
Na overleg met de fotograaf Bas van der Wel is deze compositie , na gezamenlijk overleg met
Hendrik Willem Gaertman, tot stand gekomen.
Gedicht werd geschreven door Marinus van den Berg , pastor in de palliatieve zorg, na een tweetal gesprekken in 2018 in restaurant Engels te Rotterdam.
Titel :
Hendrik Willem Gaertman
Je bent geen nummer
Je bent een mens
Je was mijn vader
Je blijft mijn vader
Je moed
Je durf
Je verzet tegen onrecht
leeft in mijn hart
Je bent geen nummer om te vergeten
Je bent een verhaal om te onthouden
Een verhaal om verder te vertellen
Jouw moed
Jouw durf
Jouw verzet in angstige tijden
Mag niet vergeten worden
Wat toen gebeurde
gebeurt weer
Mensen met moed en durf
met het hart op de goede plaats, brengen hoop.
Een tekening van mijn moeder in jongere jaren
De tekening van mijn moeder Jo Gaertman - Zimmerman op jonge leeftijd, Zij stierf tijdens de watersnood op 6 februari 1953, aan de gevolgen van een hersenbloeding en was 48 jaar oud.
Zij verloor tijdens de oorlog :
Haar moeder ,
Haar schoonmoeder,
Haar broer Louis Zimmerman aan tyfus en uiteindelijk,
Haar man die op gruwelijke wijze werd vermoord op 8 januari 1945
op 36 jarige leeftijd in het arbeitserziehungslager "Augustaschacht " te Ohrbeck.
Vermoedelijke foto van mijn moeder Jo Gaertman - Zimmerman uit 1923 ?
De handtas van mijn moeder, symbool van herinneringen en verbondenheid.
Het schepje zand en de handtas zijn voor mij symbolen van het doorgeven van herinneringen. Het zijn tastbare voorwerpen die ons herinneren aan wat is geweest én die oproepen tot waakzaamheid. Net zoals de Fakkel van 4 en 5 mei 2016: “Geef vrijheid door”.
De gruwelijke weg van mijn vader
Mijn vader, Hendrik Willem Gaertman, werd niet vermoord vanwege zijn werk in het verzet, maar werd opgepakt tijdens de Rotterdamse razzia op 10 november 1944. Via stadion Feijenoord en een transport per boot , de Helios 1648 ton , ging hij naar Amsterdam naar een bananenloods en vervolgens naar Kampen, en daarna naar de Generaal van Heutszkazerne.
Van daaruit werd hij via Zwolle naar Osnabrück overgebracht, waar hij op 27 november 1944 in Ohrbeck aankwam. Hij moest zwaar werk verrichten, zoals puin ruimen en blindgangers opruimen na bombardementen. Tijdens een hevig bombardement probeerde hij te vluchten, maar werd in Rheine gepakt door de Gestapo, waar hij werd geschopt, geslagen en gemarteld.
Na verhoor in de Gestapokeller werd hij naar het Arbeitserziehungslager (werkopvoedingskamp) Augustaschacht in Ohrbeck gebracht.
Wat daar gebeurde, was mensonterend en gruwelijk.
De waarde van doorgeven
Het zijn vooral mensen als Lotty Huffener-Veffer en Jules Schelvis die ons, door hun verhalen,
duidelijk maken hoe belangrijk vrijheid is.
Zij gaven de fakkel door, zodat wij en de generaties na ons nooit vergeten.
Zelf mocht ik, op uitnodiging van Mirjam Huffener, aanwezig zijn bij een bijeenkomst in het Aalten’s verzetmuseum.
Mirjam Huffener had de stichting vernoemd naar haar moeder, de Lotty Veffer Foundation.
Ook waren vertegenwoordigers uit Duitsland aanwezig.
Deze ontmoeting benadrukte de waarde van internationale verbondenheid in herinnering en herdenken.
Gezamenlijke foto gemaakt met Lotty Veffer in het Nationaal onderduikmuseum in Aalten.
In het midden Lotty Veffer geflankeerd door mijn vrouw Tiny Gaertman - Blom en Hendrik Willem Gaertman.
Foto : Dennis Gaertman.
Wat mij koude rillingen bezorgde, was de speech van Mirjam Huffener van de Lotty Veffer foundation tijdens de bijeenkomst.
Voor een volle zaal vroeg zij mij of ik wilde gaan staan.
Ze had een speciale banier laten maken, waarop gegevens, foto’s en teksten van mijn vader waren weergegeven.
Er waren in totaal 5 banieren in het Aalten's Verzetmuseum.
Was mir Gänsehaut bereitete, war die Rede von Mirjam Huffener von der Lotty Veffer Foundation während der Veranstaltung.
Vor einem vollbesetzten Saal bat sie mich, aufzustehen.
Sie hatte ein spezielles Banner anfertigen lassen, auf dem Daten, Fotos und Texte meines Vaters abgebildet waren.
Insgesamt gab es 5 Banner im Widerstandsmuseum von Aalten.
Banier met gegevens en foto’s van mijn vader en moeder, opgesteld tijdens de bijeenkomst in Aalten
Voor de banier Henk en Tiny Gaertman in het Nationaal Onderduikmuseum in Aalten.
Foto : Dennis Gaertman
Een prachtig gedicht werd in het Nationaal Museum in Aalten voorgedragen door Lotty Veffer van Anneke Hemrika Verheul.
Voordracht Gedicht door Lotty Veffer:
EEN TREIN VERTROK
Een trein vertrok van hier en ging…
En rijdt door mijn herinnering.
Die trein gaat weg en komt niet aan
En zal door heel mijn leven gaan.
Ik sta op ’t stil perron en wacht;
Er komt geen einde aan de nacht.
Ik wacht – en hoor – en zie altijd
De trein die door mijn hersens rijdt
En blijf het kind, dat elke nacht aan ’t einde van de spoorlijn wacht.
De trein uit mijn herinnering,
Die regelrecht de hel in ging.
Weer sta ‘k op het perron en zacht vertrekt de trein, ook deze nacht.
En eind’lijk stap ik in en rijd
Ik mee tot in de eeuwigheid.
De trein die door mijn hersens rijdt,
Op weg naar de vergetelheid.
Gedicht van Anneke Hemrika-Verheul
In dit kader droeg zij dit prachtige gedicht voor bij de opening van de expositie:
WAAROM SCHRIJF JE ME NIET / WARUM SCHREIBST DU MIR NICHT
Nationaal Onderduikmuseum
26.01/ 21.05.2018
Foto van mijn moeder in jongere jaren circa 1923
Het zijn de verhalen die blijven, die ons verbinden met het verleden en ons de verantwoordelijkheid geven om de herinnering levend te houden. Voor mij begint dat verhaal bij mijn moeder, Jo Gaertman-Zimmerman, en haar handtas. Een eenvoudige tas, maar gevuld met documenten die het verhaal vertellen van oorlog, verlies, liefde en hoop. In die tas zaten uitkeringskaarten, pensioenbrieven, oorlogsbrieven – en de laatste brieven van mijn vader, geschreven vanuit de Helios op de Zuiderzee en vanuit Kampen, na zijn overplaatsing naar de Generaal van Heutszkazerne.
In 2016 gaf de Stichting Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek het boekje uit “We hebben de doden nooit kunnen begraven”. Het verhaal, geschreven door Hella de Jonge, werd uitgesproken op 4 mei in De Nieuwe Kerk in Amsterdam. Daarin kwam een bijzonder beeld naar voren: een schepje zand dat bij een begrafenis van hand tot hand gaat, een symbool van verbondenheid en gedeeld verlies. Dat schepje zand doet mij denken aan de handtas van mijn moeder, die in onze familie ook van het ene kind naar het andere werd doorgegeven.
Het schepje zand en de handtas zijn voor mij symbolen van het doorgeven van herinneringen. Het zijn tastbare voorwerpen die ons herinneren aan wat is geweest én die oproepen tot waakzaamheid. Net zoals de Fakkel van 4 en 5 mei 2016: Geef vrijheid door
Es sind die Geschichten, die bleiben, die uns mit der Vergangenheit verbinden und uns die Verantwortung geben, die Erinnerung lebendig zu halten. Für mich beginnt diese Geschichte bei meiner Mutter, Jo Gaertman-Zimmerman, und ihrer Handtasche. Eine einfache Tasche, aber gefüllt mit Dokumenten, die die Geschichte von Krieg, Verlust, Liebe und Hoffnung erzählen. In dieser Tasche befanden sich Sozialhilfekarten, Rentenbescheide, Kriegsbriefe – und die letzten Briefe meines Vaters, geschrieben aus dem Helios auf der Zuiderzee und aus Kampen, nach seiner Versetzung in die Generaal van Heutszkazerne.
Im Jahr 2016 veröffentlichte die Stiftung Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek (Stiftung für kollektive Propaganda des niederländischen Buches) das Buch „We hebben de doden nooit kunnen begraven” (Wir konnten die Toten nie begraben). Die Geschichte, geschrieben von Hella de Jonge, wurde am 4. Mai in der Nieuwe Kerk in Amsterdam vorgetragen. Darin kam ein besonderes Bild zum Vorschein: eine kleine Schaufel Sand, die bei einer Beerdigung von Hand zu Hand gereicht wird, ein Symbol für Verbundenheit und geteilten Verlust. Diese kleine Schaufel Sand erinnert mich an die Handtasche meiner Mutter, die in unserer Familie ebenfalls von einem Kind zum nächsten weitergereicht wurde.
Die Sandschaufel und die Handtasche sind für mich Symbole für die Weitergabe von Erinnerungen. Es sind greifbare Gegenstände, die uns an das erinnern, was gewesen ist, und die uns zur Wachsamkeit aufrufen. Genau wie die Fackel vom 4. und 5. Mai 2016: Gib Freiheit weiter
Draag bij aan de collectie verhalen
Heeft u een verhaal dat u graag wilt delen en wilt toevoegen aan onze collectie 'verhalen die blijven'? Neem contact met ons op en help ons de herinnering levend te houden.
Uw verhaal kan een blijvende impact hebben !
www. info@wo2gaertman.com